Old Glory Never Dies


Ook wij droomden van het grote en onbereikbare. Op mijn fiets was ik Roger de Coster. Op mijn Kreidler reed ik de polder heen en weer tot de blaren op mijn handen stonden. Mijn eerste motor was veel te zwaar. Alles was zwaar, maar toch zou ik er komen. Ooit. Alles was simpeler toen, maar zeker niet minder mooi. Er golden geen tijden, met donker naar huis. Frames werden eigenhandig verlast om de veerweg te optimaliseren. Dat die groter moest hadden we wel in de gaten, over het hoe had ieder zijn eigen mening. Ik schuurde de roest van mijn trommelremmen, terwijl mijn ketting stond te pruttelen op het camping gaz pitje. Ik fabriceerde eigenhandig verlengde zijkappen. Eén keer schroefde ik de losse platen op de zijkant van het achterspatbord. Niet mooi, maar wel functioneel. Sturen gingen nog krom in die tijd en bogen we recht met een dikke stalen pijp. Mijn lange Noorse sokken sloeg ik netjes om over mijn dik leren laarzen. Met zwarte isolatietape plakte ik de kier dicht tussen de klep en mijn helm. Gewoon, omdat iedereen dat deed. Ook daarom boorde ik kleine gaatjes aan de onderkant in mijn voorspatbord. Ik kwijlde op de bladen van Motocross Action, want Amerika, daar gebeurde het allemaal. Ik stuurde brutaal brieven naar The States en kreeg een envelop met stickers retour. Blij als een kind was ik met de Twin Air sticker in het zakje van de nieuwe filter. Met pick up letters plakte ik de naam van mijn vaders bedrijf op mijn voorspatbord. Mooi met de ronding mee. Op zondagmorgen vroeg vertrokken we, altijd richting Lierop, onder het genot van de radio show, ‘Ko de boswachter’.

Bijna iedereen stopte met een eigen reden. Medisch, financieel of gewoon, omdat het mooi was geweest. Mooi was het zeker, maar nu staan we hier weer. Geen grondleggers, maar zeker wel de voorlopers van de crossers van nu. Herkennen kost soms moeite, maar het verleden is snel opgerakeld. Een boek en een beker. Een geweldige tijd. Prachtig bewijs. Anekdotes van vergeten momenten. Alles komt weer voorbij. Emoties, zelfs tranen. Verdriet en geluk. Konden we nog maar even terug in de tijd. Een deel van ons leven, het enige dat telde. Blij dat ik het missen kan, want ik was er bij. De ingeslagen zijweg zal vroeg of laat toch weer uitkomen op de weg die je ooit verliet. Crossers zijn verziekt en blijven crossers. Een apart stuk vlees in het schap. Gemerkt door een stempel. Besmet tot het bot…

(Foto’s met dank aan More Heijt – www.mhmxpics.nl)