Als ik ergens een hekel aan heb is het wel aan commentatoren. Heel vaak zijn het namelijk mannen of vrouwen die nooit de betreffende sport beoefend hebben of ex topsporters die niet kunnen praten. Jammer altijd. Vaak wordt er zo ver afgeweken van een onderwerp dat er in de tussentijd alweer drie keer van kop is gewisseld. Irritant en vooral jammer. Lang geleden hoorde ik iemand zeggen dat hij de kopman zag zwaaien naar de tribune, terwijl hij in werkelijkheid een ‘flipper’ van zijn bril trok. ‘Als je niks weet, zeg dan niks,’ denk ik dan. Vandaag de GP in Qatar gekeken. Na een tijdje wedstrijd deed Joël Roelants zijn intrede als commentator. Hij begon voorzichtig. Al snel viel hij met zijn gebruikelijke zelfspot volledig in zijn rol en dat deed me goed. Wetende wat hij achter de rug heeft en hoe sterk hij zich handhaaft in zijn zwaar aangepaste ‘levensvervolg’ heb ik daar diep respect voor. Vorig jaar nog maar reed hij daar zelf zijn rondjes. Het is geen typetje wat hij aangenomen heeft. Joël is Joël. Een kerel met een karakter, zo groot, dat het amper in zijn eigen lichaam past. Hij weet waarover hij praat. Weet wat de rijders meemaken en moeten doorstaan. Ik heb er van genoten vandaag. Joëls eerste van vele mag ik hopen.

Bedankt Joël. Geen beker vandaag maar wel een eerste plaats!

Sinds een tijdje schrijf ik over de cross. Ooit reed ik zelf. Eerst met een emmerdeksel voor op mijn fiets. Roger de Coster was ik toen. Na veel nieuwe wielen en voorvorken kwam er een brommertje. Een met zilveren latex gepimpte Kreidler. Een handschakeling die omgebouwd was naar de voet.  Hobbymatig reed ik mijn rondjes in West Brabant en Zeeland. Motoren volgden en volgens mijn prognoses toen zou ik nu een keer of vijf wereldkampioen moeten zijn geweest. Dat is niet gelukt maar het plezier was er niet minder om. Na er jaren uit te zijn geweest zit ik er ineens weer middenin. Genietend als nooit tevoren rijd ik zelf nog wat rondjes, samen met mijn zoontje. De verhaaltjes werden columns en de ‘leuke reacties’ werden er met respect. Dankbaar ben ik hiervoor. Dat respect zet me in ieder geval aan tot meer en mooier. Vandaar dat ik heb besloten te proberen dit jaar de ONK’s te volgen en er mooie verslagen van te schrijven. Geen ‘simpel’ raceverslag met uitslagen en puntenverdeling. Een overzicht van zo’n mooie motorsportdag van het begin tot het eind. Een nabeleving met sfeer. Dat is de bedoeling en daar ga ik me sterk voor maken. 15 maart naar Gemert. Heb er zin in!!

Ze staan er altijd. De geliefden achter en naast de toppers. Op welk niveau dan ook, er is altijd de broodnodige steun. Fysiek of mentaal, ze zijn er gewoon. Het is een keuze die je maakt als blijkt dat het talent van je partner hoog boven het middelmatige blijkt te liggen. In een serie van 6 belicht ik enkele partners van ‘crossers op niveau.’

Yentl Haazen (Strijbos) en Sabrina Chittaro (Nagl).

Dikke vriendinnen zijn  het. ‘Vrijwel meteen was er een klik’, aldus Yentl. ‘Je voelt snel dat er veel dingen overeenkomen. Het maffe is dat onze mannen ook vrijwel gelijke karakters hebben. Dat maakt het fijn en erg gemakkelijk om met elkaar op te trekken. De van oorsprong Duitse Sabrina leerde Max (Nagl) al op jeugdige leeftijd kennen. Liefde op het eerste gezicht, net als bij Yentl en Kevin.

Een eigen zaak

Ze leven zo’n beetje hetzelfde leven. In dienst van ‘s mans carriere. ‘Ik weet het, het komt slaafs over maar zo voel ik het niet en is het niet.’ Je moet het zien als een eigen zaak die je met z’n tweeën runt. Buiten dat het ooit bij de mannen als hobby startte is het wel ‘gewoon’ hun werk. Alleen in 100 procent goede doen kun je een maximale topprestatie neerzetten. Als rijder en als team. Natuurlijk is het niet altijd eenvoudig. Als ze in een wedstrijdweekend geconcentreerd rondlopen is het niet handig een prive probleem met een eventuele bijbehorende discussie op de campertafel te gooien. ‘Not done’ dus. In een ‘normale’ relatie klap je het er gelijk uit maar dat gaat niet. Ze wisten dat ze een niet alledaags leven tegemoet zouden gaan, maar de liefde voor elkaar maakt dat onzichtbaar. De dames waren allebei nog erg jong toen ze voor dit leven ‘tekenden’ maar hadden ook al wel hun portie stappen en uitgaan gehad. Twee tot drie keer per week de kroeg in tot de kleine uurtjes met vrienden en vriendinnen. ‘Nee, dat mis ik niet,’ aldus Yentl.  Zeker gaan we nog wel een eens op stap maar dat gaat nu wel heel anders. Sabrina was al wel een beetje ‘crossminded’ voordat ze Max leerde kennen. Haar jongere broer reed bij Max op een redelijk niveau ADAC wedstrijden in ‘hun eigen’ Duitsland. Het was daar waar de vlam oversloeg. Samen met zijn Sabrina is hij groot geworden.

Zoeken naar een baan?

Sabrina was nog zo jong dat ze niet eens de kans kreeg na te denken over haar eigen toekomst. Carriere misschien wel. ‘Ik wilde toen al niets liever dan moeder worden.’ Dat was haar grote droom die onlangs uit mocht komen. ‘Mason’ heet hun grote aanwinst. Net als Yentl deed ik ‘detailhandel’ omdat je daar altijd wel ergens mee terecht kunt. Een speciale richting had ik toen nog niet gekozen. Verkoop is verkoop tenslotte. Zoeken naar een baan? Nee, zover kwam het nooit.

 

 

 

‘Alles is nog mogelijk’

Ook Yentl rondde haar opleiding netjes af. ‘Als ik niet met Kevin samen was gekomen had ik nu wel een kledingwinkel gehad denk ik. Da’s wel mijn passie. Het lijkt me ook geweldig passende creaties uit te zoeken voor iemand. Combineren en zo. ‘De mannen zullen niet op dit niveau rijden tot ze 40 zijn’, lacht ze,  ‘dus alles is nog mogelijk.’ Ook zij zou zich graag in het moederschap storten. ‘Daar hebben we het zeker al over gehad,’ zegt ze omhoogkijkend en ziet het al helemaal voor zich. ‘Onze tijd komt wel’

‘Eigen wereld’

Niet alle teams werken op dezelfde wijze. In het team van Max hoeft Sabrina qua eten niets te verzorgen. ‘Dat zit in het pakket,’lacht ze in heel behoorlijk Nederlands. Wel zorgt ze voor alle andere dingen. De kleding, helm, laarzen en brillen liggen en staan klaar voor gebruik. Steun in de verbale zin heeft Max niet vaak nodig. In zijn ‘eigen wereld’ heeft hij vooral en alleen behoefte aan zichzelf en de ‘teamgenoten.’

‘Lekker rustig, net als thuis’

Ook Yentl weet precies wat klaar moet liggen en op welke momenten. Laatst wilde Kevin een snelle stop maken om van bril te wisselen. Hij twijfelde en wachtte nog eens twee ronden alvorens er uit te komen. ‘Hij was bang dat ik er niet zou staan met zijn bril.’ Na de wedstrijd zei hij dat het stom was. ‘Je staat er altijd,’gaf hij toe. In het Suzuki kamp eten wel ze apart. Yentl kookt altijd voor zichzelf en Kevin. Ze vindt het niet erg, integendeel. ‘We eten dan lekker samen en kletsen nog wat.’ Kevin is van nature al geen druk mannetje dus die momenten zijn erg relaxed voor beiden. ‘Lekker rustig, net als thuis.’

Beide dames zijn erg tevreden met hun huidige leven. Genieten van elk moment en vaak misschien nog wel intenser dan menig ander. Ze hebben zin in het komende WK. Dat Villopoto komt vinden ze prachtig. Het wordt alleen maar een mooiere strijd op deze manier. ‘Onze mannen zijn toch al kampioen. Altijd al geweest en voor de rest van de tijd.’

Mooie woorden om afscheid te nemen. Bedankt voor jullie tijd dames, en veel geluk!

Sinds Piet en John afscheid namen van MC Rilland heb ik al een paar keer nagedacht over het fenomeen vrijwilliger. Hoeveel mensen zijn er nog die zich, geheel belangeloos, inzetten voor hun medemens. ‘Gewoon’ om te zorgen dat een ander het goed of leuk heeft. Als ik dan bedenk hoe John leeft, of eigenlijk leven moet na zijn ongeluk. Als ik dan bedenk hoe je daar als ouders mee om moet gaan. De zorg en de zorgen. Altijd, elk moment van de dag. Al die jaren stond hij er wel. Piet ‘De Poortwachter.’ Als het even kon was John erbij. Genietend vanuit de bus. Velen wisten niet eens dat John de website onderhield en welke moeite hij daar voor moest doen. Ik heb veel respect voor vrijwilligers in het algemeen, welk doel ze dan ook dienen. Het zijn altijd mensen met een goed hart, want alleen zij kunnen zoiets opbrengen. Een voorbeeld voor veel anderen.

Daarom: Piet en John, bedankt voor de jaren. Geniet van de rust nu want dat hebben jullie dik verdiend! Hulde!!

Wat is dat nou, ‘crossen.’

In tegenstelling tot mijn natuur ben ik een kwartier te vroeg. Desondanks word ik hartelijk ontvangen door  Vader van Berkel. Zelf ooit fervent hobbycrosser. Het niveau waarop hij indertijd ook weer gestopt is. De crossgenen van Lars zouden dus wel eens van vader Harry kunnen komen. Het gezin van Berkel bestaat, buiten de ouders, uit twee dochters en een zoon. Een van de dames huist momenteel in Parijs waar ze met groot succes volleybalt in de Franse competitie. De andere dochter werkt in ons eigen landje met veel succes een  volleybalcompetitie af. Zij kregen beide hun sportgenen mee van hun moeder die actief stopte toen het eerste kind zich aandiende.

Lars komt, samen met zijn moeder, binnen met een doos boodschappen. Het is een vrolijke, uitbundige jongen. Ondanks dat hij een voorbeeldig student was en nog steeds is heeft hij toch wel last gehad op school. Niet echt gepest, maar hij week duidelijk af van de voornamelijk voetballende rest. ‘Wat is dat nou, crossen?’ Jaloezie kan net zo gemeen zijn als pesten voor een kind. ‘Ik ben absoluut geen teamsporter.’ Dan wijk je al snel af van een hele grote groep.

‘Wanneer krijg ik een motor?’

Het crossvirus van Lars kwam al in een heel vroeg stadium naar buiten. Zijn eerste drie woordjes waren dan ook: ‘Papa, mama en motor. ’ We hebben onszelf heel vaak afgevraagd waar hij dat vandaan had.’ Iedere avond, als zijn moeder hem instopte, kwam hij met dezelfde vraag: ‘Wanneer krijg ik een motor?’ Dit heeft hij volgehouden tot uiteindelijk pas op zijn twaalfde deze wens in vervulling ging. In de tussenliggende periode was Lars een begenadigd BMX er. Dat talent uitte zich in een waar wereldkampioenschap. De belofte was gemaakt: ‘Als je kampioen wordt krijg je een crossmotor’, had zijn vader jaren eerder beloofd. Lars lacht. ‘Toen ik op dat podium stond dacht ik maar aan één ding: ‘Nu krijg ik een motor.’ Nog  8 verschrikkelijk lange weken moest hij wachten op zijn stalen droom. ‘Ik werd bijna gek. Daar wachtte ik al negen jaar op.’  Moeder geeft aan dat er natuurlijk nog twee kinderen zijn waar ze rekening mee dienden te houden. ‘Gullie hed ’t altijd mar over geld’, lacht Lars, maar beseft terdege dat er hard gewerkt moet worden voor iedere euro die uitgegeven wordt. Zijn dankbaarheid is duidelijk te zien.

Aanstormend talent

Zijn ouders vonden het zonde om de BMX meteen aan de alom bekende wilgen te hangen dus deed Lars het opvolgende jaar beide. Met zijn crossfiets werd hij dat jaar kampioen van Nederland en tweede in het EK. Op zijn motor sloot hij zijn MON seizoen netjes en boven verwachting af met een prachtige derde plaats. Alsnog ging de fiets de bomen in en hij stortte zich helemaal op het crossleven. Dat ging snel en goed waardoor hij opgemerkt werd door Jan van Hastenberg en Kay Hennekes. Al vlug werd hij ingelijfd en begeleid om hem naar een hoger niveau te brengen. Als aanstormend talent reed hij zich flink in de kijker. Met volle overgave deed hij wat er van hem verlangd werd en dat begon langzaam maar zeker zijn vruchten af te werpen.

Blessureleed

Dat hij talent heeft werd nog maar eens duidelijk bevestigd in Hawkstone Park. Hier reed hij zich goed in de kijker door de superfinale met een prachtige derde plaats af te sluiten. Drie weken later ging het vreselijk mis. Na een harde crash blesseerde hij zijn schouder dermate ernstig dat hij een dikke twee maanden heeft moeten laten schieten. ‘Dan begin je het seizoen al weer met een achterstand natuurlijk’, aldus een bedenkelijk kijkende Lars. Toch wist hij ijzersterk terug te komen.

Einde van een droom

Uitkijkend naar de rest van de komende wedstrijden werd het seizoen halverwege rigoreus afgekapt. Het team werd opgedoekt en Lars viel in een diep gat. Einde van een droom. Zowel mentaal als materieel zat hij aan de grond. Geen motoren meer en ook geen vooruitzicht waar hij zich aan op kon trekken. Die verslagenheid werd opgemerkt door goede vriend Mario Beekveld. Uit pure vriendschap stelde hij een dikke tweetakt ter beschikking waardoor Lars in ieder geval kon blijven rijden. Dat Lars kan crossen wist iedereen en het bleek al snel dat deze jongen gewoon op een motor hoort te zitten. Het resterende seizoen reed hij de open MON kampioenschappen mee waar hij met grote overmacht verschillende wedstrijden op zijn naam schreef.  ‘Met alle respect voor de MON, maar iedereen zag wel dat ik daar niet thuishoorde’, zegt Lars trots. ‘Gek genoeg is met zoveel afstand winnen op een gegeven moment niet meer leuk.’ Ondanks alle tegenslagen wist hij het onheilspellende jaar toch nog af te sluiten met een 7e plaats in het ONK en 16 GP punten.

HNHF-Kawasaki Team

Zijn prestaties werden in ieder geval wel opgemerkt door Harry Nolte die hem vroeg eens te komen praten. In die tussentijd waren er ook al gesprekken gaande met KTM Nederland voor een gedeeltelijke sponsoring. Harry kent Lars al een lange tijd en kent als geen ander de drive en inzet van de jonge crosser uit Veghel. Uiteindelijk deed hij hem een aanbod wat hij niet af kon slaan en Lars tekende. Zo werd het nieuwe team van Harry Nolte en Harry Fase geboren. Het HNR-F&H Crone-Kawasaki Team heeft inmiddels al uitgebreid getest en getraind in o.a.Spanje. Zelfs toen hij daar jarig was wilde Lars niet terugkomen. ‘Wat moet ik nu in Nederland doen mam?’

Lars heeft prioriteiten gesteld. Dit wordt zijn seizoen, dat is zeker. Het beste ooit.

Alles is klaar en klopt. De Kawasaki lag hem al meteen vanaf de eerste testrit en de conditie is meer dan op peil.

Het bruist weer in Veghel…

Benieuwd naar Lars in 2015? Volg dan zijn persoonlijke maandelijkse column in Noppennieuws.

We gaan niet meer zo hard als vroeger. We denken aan morgen en alles wat we thuis hebben opgebouwd. Inclusief kinderen. Ooit waren we kampioen of deden lekker mee. Nu genieten we van de momenten. Zon of regen, het maakt niet uit. We zijn weg, een hele volle dag. De telefoon gaat in het dashbordkastje tot de avond valt. Misschien nog even een fotootje posten op Facebook om het thuisfront te laten zien dat we het leuk hebben. Heel leuk. We blijven de crosskinderen van toen. Zolang de portemonnee en de gezondheid het toelaat zitten we op de cross. Niets is te vergelijken.Niet crossers begrijpen het niet. Begrijpelijk. Ik dank mijn vader nog steeds voor het meeslepen naar de cross. De ongevraagde infectie.

Geef het door, zegt het voort en verspreid…