Wemeldinge. Een beetje onwennig staat hij zich aan te kleden. Als een andere crosser hem vraagt wanneer ze aan de beurt zijn schudt hij bijna ongeïnteresseerd zijn hoofd. ‘Geen idee’. Zijn vader zit naast hem in de deuropening van de bus. ‘Niet belangrijk allemaal. Doe maar voorzichtig en probeer vooral plezier te hebben’. Dat is wel eens anders geweest.

Cross en school
Johnny van Eekelen zat al heel jong op de motor. Zijn vader, zelf ooit een redelijk succesvol BMX’r, kwam ergens een PW’tje tegen en kon het niet laten. ‘Dan kon hij een beetje rondrijden’, dacht hij, niet beseffend dat het een injectie was voor het leven. Johnny groeide en de motoren groeiden mee. In de ‘kleine klassen’ waren de prestaties bovenmaats tot hij op een punt kwam waar prioriteiten een nummer kregen. Er was cross en er was school. Altijd een lastige keuze. Samen lukt soms, maar vader was nuchter. ‘ Wereldkampioen ga je niet meer worden’ , zei hij eerlijk. Die eigenschap heeft hij van zijn vader want zonder enige moeite kon hij hem alleen maar gelijk geven. Zodoende kreeg school voorrang en daar heeft Johnny zeker geen spijt van. Als afgestudeerd ICT’r verdient hij nu zijn eigen brood en is daar meer dan gelukkig mee.

Johnny 2Ondanks er gewoon een motor in de garage stond te wachten was het vandaag toch al weer twee jaar geleden dat hij een wedstrijd reed. ‘Het begon met een zoveelste aanval van Pfeiffer. ‘Ik kampte daar al mee tegen het einde van mijn actieve cross carrière. Ik was soms zo moe dat ik tussen de manches alleen maar sliep. Niet gezond nee’. Terwijl de cross voor hem op een laag peil stond probeerde hij zijn ‘ziekte’ er uit te slapen, want dat is blijkbaar het enige medicijn.

Wat er ook was, ik zou hem helpen
‘Ik weet het nog alsof het gisteren gebeurde. De laatste wedstrijd van het OZK werd verreden, hier in Wemeldinge. Ik wilde gaan kijken maar was ook aan het klussen in ons nieuwe huisje en zat met een stroom probleem. Ik maakte de keuze dat eerst te verhelpen en eventueel later nog even langs te wippen. Al was het maar dat ik mijn maatjes nog even kon zien en wellicht feliciteren. Terwijl ik bezig was werd ik gebeld door een vriend. ‘Heb je het gehoord?, er is iemand behoorlijk gevallen in Wemeldinge’. Het gebeurt vaker en natuurlijk staat dan niet altijd je hart meteen stil. Toen hoorde ik dat het m’n beste maat Erik Koote betrof en in welke kritieke toestand hij verkeerde. Erik en ik waren onafscheidelijk, jaren lang. Vanaf ons twaalfde jaar reden en speelden we samen. Alles deelden we. Eerst kinderdingen en later ook de facetten van het leven. Ik ben als een dwaas in mijn auto gesprongen en om eerlijk te zijn weet ik niet eens meer hoe en hoe snel ik er ben aangekomen. Parkeerde mijn auto half in de sloot en rende het circuit op. Er spookte van alles door mijn hoofd, maar zo erg kon het toch niet zijn. Mijn maatje door dik en dun. Wat er ook was, ik zou hem helpen. In het ergste geval zou ik de rest van zijn leven zijn rolstoel duwen.’

Johnny 1‘Toen ik zag dat ik en iedereen om hem heen te laat waren brak er iets in me. Eerst natuurlijk ongeloof want dit kon nooit waar zijn. Wij waren toch onsterfelijk. We zouden de wereld nog veroveren. Zoveel plannen die we in de loop der jaren maakten en het onuitvoerbare bijstelden. Het was paniek. Een barre film met het slechtste eind ooit.’

‘Het is nooit meer hetzelfde geworden’
Die dag besloot hij nooit meer te crossen. Dit was het allemaal niet waard. Zovelen die zijn gevoel toen deelden zijn net als hij op een gegeven moment toch weer gaan rijden. Sommigen meteen en anderen weer later. Hij heeft er zelf erg veel moeite mee gehad. Het is nooit meer hetzelfde geworden en dan kan ook niet. Een groot verlies. Een gat in zijn bestaan. Voor zijn vader was Erik als een zoon geweest. Altijd. Ook hij voelde de pijn. Vandaag dus een clubwedstrijd in Wemeldinge. De baan waar het allemaal gebeurde. De baan waar hij nooit meer zou komen, laat staan rijden. Het leven gaat door maar verandert door de dingen die gebeuren en je overkomen. Zijn eerste wedstrijd sinds toen. Twee keer getraind.

‘Iedere ronde langs die plaats. Ik had het gevoel dat het mocht, hij er bij was. Als ik eerlijk ben weet ik goed wat Erik gezegd zou hebben. ‘Stoppen?, ben je gek, er is niks mooiers. Rijden jij!’

‘Bedankt maatje. Forever in our hearts  #74’

Twee dikke blanco Sprinters staan naast elkaar. Als ik aan kom lopen wordt mijn toevallig zwart/groene werkpolo opgemerkt en ik zie ze kijken naar het logo op mijn borst. Geen Kawasaki maar Novatex.

tixi 1Als je acht maanden uit de roulatie bent geweest is het een hele weg terug. Als ik na een maand weer eens een dagje heb gereden heb ik zoveel spierpijn dat ik me over de rand van het bad moet laten glijden. ‘Het is fijn om weer op de motor te zitten, dat zeker, maar ik ben er nog lang niet’. Jordi Tixier. Net ervoor zag ik hem wat rondjagen en vond het toch nogal wat. Altijd als ik er eentje alleen zie rijden heb ik het gevoel dat het niet harder kan.

Tixi 3Ik vraag nieuwsgierig of hij alweer een beetje op niveau zit. ‘Mijn lichaam is nog niet in staat te doen wat mijn hoofd wil, dus er is nog veel werk te doen’ , lacht hij vriendelijk. Trainen, trainen en nog eens trainen, dat is wat hij doet. Italië was zo beroerd toch niet. Een 11e en een 13e. Ondermaats vindt hij zelf en dat is het natuurlijk ook voor een kerel van zijn kaliber. ‘Een smerig baantje’, vond ook Jordi, ‘ maar daar hadden ze allemaal last van’. ‘Er is geen willen he, ik zal wel moeten’. Werk is werk, zo is het ook. Voor jongens als hij is de lol zoals wij die nog kunnen hebben allang verdwenen. Lol maken ze thuis wel. Zijn monteurs draaien het een en ander los en weer vast, verzetten de handles wat en hij mag weer. Hij moet. Paar rondjes volle bak en weer terug. Dingetjes los en vast.

Tixi 2

 

Het blijft sleutelen. Aan de motor, maar zeker ook aan zichzelf. Hij krijgt dit seizoen om weer terug op niveau te komen. Dat is zijn streven ook. Alles wat sneller komt is meegenomen. Hij gaat weer. Een wheelie naar de ingang van het circuit. Zou dat wel zomaar mogen toch?

 

Hij kijkt op als ik langsloop, vanuit zijn klapstoeltje. Ik knik en ik zie hem denken; ’vraag dan iets’. Iedereen vraagt hem wel wat, want hij is hot. Hij weet inmiddels niet beter. Ik kijk alleen maar en zie dat het eigenlijk nog een kind is. Zijn gedrag is leuk. Zo jong en maximaal getalenteerd. Hij wil praten, dat merk je wel. Praten over de cross, de rijders en alles wat er op de een of andere manier mee te maken heeft. Hij heeft wat ‘grote mensen’ bij die hem laten. Hij grapt en ze lachen minzaam. Ik hoor ze bijna denken. Ik weet niet wat maar het moet apart zijn met zo’n jong manneke te werken. Je praat natuurlijk anders met hem als met bijvoorbeeld een door de wol geverfde Cairoli. Als hij aangekleed is gaat hij tegenover een van zijn monteurs staan. ‘I’ll do first five rounds fast, and then one round slow, then I’ll do four rounds fast, and one slow’ legt hij uit met zijn grappige Spaanse accent. De man knikt verveeld en lacht schuin. Hij vind het best. Het mannetje maakt een eenzame indruk. Eenmaal op zijn motor gaat hij los. Gecontroleerd en snoeihard jaagt hij zijn KTM over en door het losse zand. Hoe lang gaat een begrenzer eigenlijk mee? Mooie lijnen en een prachtige stijl. Hij speelt. Zijn naam is al net zo prachtig als zijn prestaties. Jorge Prado Garcia. 15 jaar oud en nog een hele weg te gaan. Ik geniet er van…

Iedere keer weer sta ik versteld van de prachtige foto’s die voorbijkomen. Er zijn veel fotografen met ieder zijn of haar eigen stijl. Zandkorrels zijn te tellen en in de ogen van de rijder is de concentratie af te lezen. Schitterende momenten gevangen in een fractie. Na het zien van weer een prachtige foto die voorbijkwam op Facebook kreeg ik een idee. Ik doe bij deze een oproep aan alle crossfotografen om iedere maand een cross gerelateerde foto naar eigen keuze in te sturen naar olav@mxinfected.nl onder vermelding van : Mxinfected fotochallenge 2016. Na ontvangst van alle foto’s maak ik iedere maand een overzicht van de ingezonden meesterwerken en plaats die online in een column. Iedere maand kies ik er 1 die voor mijn gevoel het meeste past bij de betekenis van ‘mxinfected’ . Foto’s dienen voor de eerste van de maand in mijn bezit te zijn. De looptijd is 4 maanden, (mei, juni, juli, augustus).
Op mijn site heb ik dit seizoen als basis gekozen voor een foto van Folko Haffert. De rijder is Ad Groffen uit Bergen op Zoom, een crossmaat en verloren talent uit mijn crossverleden. De foto die uiteindelijk als mooiste uit de bus komt zal ik gaan gebruiken als basisfoto op mijn site mxinfected.nl. De uiteindelijke winnaar krijgt ook nog een bezoekje voor een persoonlijke column welke na akkoord van de winnende fotograaf gepubliceerd zal worden.
Veel succes voor allen die meedoen en erg bedankt daarvoor!

AG-001

jagoo

Rhenen, rustiek in de bossen. Wat een geluk. Wat mooi dat je hier nog, zo’n drie keer per jaar, heerlijk mag crossen. Hobby en toppers, voor iedereen wat. De geur van de passie, alleen maar motoren, je wordt het nooit zat. Een man leert zijn dochter en ook nog zijn vrouw, de hoop in zijn ogen dat zij ooit zal zeggen, ‘ wanneer gaan we nou?’ Vader met zijn kleine meid, ze is amper tien. ‘ Wanneer gaan we weer?’ , ‘ morgen papa, morgen misschien?’ Motoren die brullen, de olie vergaat en de walm komt voorbij. Als de deur van een keuken, die langs een kier het eten verraad. De rijders zijn bazen. Als rodeo rijders in felgekleurd pak, vol in z’n zes met de kont achteruit, voorbij komen razen. Een stam met zijn strijders. Vrienden privé, maar ieder voor zich, volgers en leiders. De man met de vlag. Nooit op een motor, maar altijd paraat. Trouw op z’n kistje. Niet omdat ’t moet, maar omdat hij het mag. De omroeper schreeuwt het spektakel compleet. Zijn kennis is top, kent zijn kroost als geen ander. Omdat hij het weet. Dagen zijn lang soms, maar deze te kort. De kaarten geschud en de prijzen verdeeld. We rijden naar huis en ik kan haast niet wachten. Gelukkig dat het morgenavond alweer weekend wordt…

(Door Olav Heijt)

(Foto: MX Active)

Hij pakt zijn bord spaghetti en schuift aan. Hij is zo ontspannen dat het een beetje op eenzaamheid lijkt. Davy is rustig. Ik ken hem niet anders. Eerder zagen we hem zijn rondes doen. Davy doet zijn werk. Iedere ronde krijgt hij een bordmelding. Een seconde sneller, een seconde langzamer. Over een volle manche training scheelt het nagenoeg niks. Constant. Na drie manches over de Lommelse gaten is het einde werkdag. ‘ Het gaat weer lekker’, zegt hij vriendelijk. De snelheid is er weer en dat geeft vertrouwen. Nog niet voor de volle 100% hersteld, maar ongehaast bouwend aan. Hij neemt de tijd en we kletsen nog wat over zijn crossbestaan. Ook nog even over de komende GP in Kegums. Hij heeft er zin in, dat is duidelijk. We wensen hem veel succes als hij opstaat. ‘ We volgen je’, verzeker ik hem. Hij lacht dankbaar en vertrekt sloffend cool.

Vanmiddag zien we de torpedo aanslag van Zaragoza. Natuurlijk doet die jongen het niet expres, maar ik heb hem wel vervloekt. De pech van Jeffrey lijkt dit jaar voor Davy. Hij zal niet opgeven. Ook zal hij er weer bovenop komen zoals hij dat meerdere malen moest. Soms lijkt het een test om te kijken of ze groot genoeg zijn voor de absolute top. ‘ Als je dit kunt doorstaan mag je verder.’ Jeffrey haalde het en ook Davy gaat er gewoon komen. Nuchtere Hollanders met karakter, een groot hart en een ijzeren wil. Sterkte Davy!