Lopend over de groene dijk sta ik even stil op het punt waar de ‘grote bult’ vlak voor de finish moet hebben gelegen. Wat reed ik er graag. In de verte zie ik het punt waar je de dijk overstak en terug moest over het zware zandstuk met diepe knippen. Dijk op, dijk af. Het moet gisteren geweest zijn, want ik zie het nog zo voor me. De werkelijkheid is helaas anders. Ondanks er nog maar weinig over is van de vierkante meters die ze jarenlang tot hun beschikking hadden is MSV de Uitlaat nog steeds een hardwerkende vereniging. Vechtend voor het behoud, want wat je af moet geven krijg je in dit geval zelden nog terug. De overgebleven ruimte is tot de laatste meter benut. Net als toen is de organisatie strak en het baanonderhoud bovenmaats. Ze kennen de grond met diens behoeftes als geen ander en bewerken het zorgvuldig met liefde. Hier waar het allmaal begon en waar het voor mij helaas ook eindigde. Het circuit van vandaag lijkt het weeskind van de gestorven pioniers. Het verleden herhaalt zichzelf vandaag weer op een glasheldere manier. Ik zie mijn vader nog staan. Kraag omhoog. Zijn eeuwige KTM pet met altijd een trots gezicht eronder. Vandaag rijdt mijn zoon hier een DMX, op dezelfde leeftijd als ik toen. Als ik hem na een schuiver zijn motor op zie rapen schiet ik vol. Niet door zijn val, maar van het geluk dat we beiden mee mogen maken en hebben. Ik voel nu wat mijn vader voelde en dat blijkt vele malen mooier dan ik ooit besefte. Mijn zoon weet wel dat ik het geweldig vind, maar voelt niet mijn passie. Hij beleeft het allemaal op zijn manier en zo hoort het ook te zijn. Half in het verleden en half in het nu herken ik alles van ooit. Ik herhaal soms mijn vaders zinnen van toen. Hij had gelijk, altijd…

(Foto met dank aan Ronny van Hulle)

Het lijkt een script voor een avonturenfilm. Twee jonge mannen die als een grap een team voorstellen tijdens de supercross in Zuidbroek. Ik was verwonderd. ‘Schepers Racing’ was voor mij volslagen onbekend. Ik werd toen voornamelijk getriggerd door de nette en strakke huisstijl op motoren en tent. ‘Teambaas’ Kevin zag me kijken en sprak me aan. Een leuk gesprek volgde met een zeer sympathieke jongeman. Het bleek geen officieel team. Kevin en broer Wesley hadden een Deense jongen leren kennen die meer dan behoorlijk motor kon rijden. Jakob Kjaer Nielsen zou een keertje meerijden op een MX2 motor van ‘Team Schepers’, zomaar. Dat geintje pakte goed uit. Boven verwachting.

Acht maanden duurde het
Kevin was voorheen voornamelijk en alleen op pad met zijn broer Wesley. Twee broers, bezeten van de motorcross. De motorgenen kwamen niet van vaders kant, maar van hun oom. Neefje Mick Jansen racete op de weg op ONK niveau en zeker niet onverdienstelijk. Het ging goed tot het ernstig fout ging. Mick raakte na een bovenbeen breuk in een coma ten gevolge van een vetembolie in zijn been. Acht maanden duurde het en het mag een wonder heten dat hij er nog is. Het is al even geleden, maar de positieve Mick is nog steeds aan het revalideren. Ondanks dit hele drama moest en zou hij toch nog een keer op een racer plaatsnemen. Na een rit op een 125 stapte hij af met de woorden: ‘Dit gaat niet snel genoeg’. Hierna hield hij het voor gezien. Ook al was dit hele voorval geen reclame voor de motorsport, toch konden de mannen van Schepers het niet laten. ‘Het zit op de een of andere manier gewoon in je lijf. Het komt er uit, vroeg of laat.

‘Jonge honden’
Na het spontane uitstapje in Zuidbroek kon Kevin eigenlijk niet meer terug. Alles klikte, ook de samenwerking met Wesley, wat de stap naar een klein team toch wat makkelijker maakte. Voor Wesley was het in het begin wel wennen, vooral als je al een tijd gewend bent samen met je broer de circuits af te stropen. Ze kunnen het goed vinden samen, Wesley en Jakob. Het zijn echte trainingsmaatjes geworden. ‘Dat is eigenlijk alleen maar een voordeel’, aldus Wesley. ‘Je kunt je optrekken aan de ander, wat je alleen maar naar een hoger niveau brengt. Ik ben er blij mee’. Jakob en Wesley zijn gedreven jongens van beiden 21 jaar. Jonge honden die enkel en alleen willen crossen en er alles voor over hebben zo hoog mogelijk te eindigen. Ze trainen hard en eten verantwoord. Vriendinnen zijn er, maar staan volledig achter hun mannen. Dat heb je echt nodig als je ergens wil komen. Jakob is niet altijd in Nederland. Hij rijdt op drie ONK’s na, ook nog eens het Deens en Zweeds kampioenschap. Omdat het niet meer dan respectievelijk 5 en 6 wedstrijden behelst, is het goed te combineren met de Nederlandse competitie.

Volkszanger
Onlangs werd het team uitgebreid met de 22 jarige ‘oud gediende’ Rick Folkers. Rick, die vorig jaar besloot zijn actieve loopbaan te beëindigen om zich toe te leggen op een zang carrière, kreeg toch de kriebels weer. Hij reed nog wel, maar echt en alleen voor de fun. Geen druk of stress. Misschien is het wel goed er eens een seizoen uit te stappen. Even niks moeten en opladen. Rick heeft in ieder geval de smaak weer te pakken en zal met een ‘wildcard’ aan treden in de DMoMX te Mill, aanstaand weekend. Dit seizoen zal hij aantreden in de MX2. Ondanks hij eerder op het hoogste niveau uitkwam in de MX 1 is de indeling in de lichtere klasse toch volledig geschied op eigen aanvraag. ‘Het voelt goed en gaat boven verwachting’, zo zegt Rick zelf. Aan de conditie wordt hard gewerkt, want dat gaat hard achteruit als je alleen nog optreedt als volkszanger. ‘Schepers Racing’ richt zich enkel op de MX2 klasse, maar hebben desondanks toch zo nu en dan een ‘gastrijder’ in de MX1. De eveneens uit Denemarken afkomstige Kim Sorensen heeft dan wel zijn eigen materiaal, maar komt toch zo nu en dan een ONK’tje doen in ons land. ‘Hij heeft zelf alles wel onder controle, maar rijdt dan wel met ons plastic en daar zijn we trots op’.

Eén blik is vaak genoeg
De mannen van Schepers Racing hebben het druk. Beiden hebben ze een volledige baan. Kevin is schadehersteller bij ‘Jansen Autoschade’ en Wesley werkt als lasser bij ‘Schepers Metaal’, het bedrijf van vader Schepers. Beide bedrijven vervullen een onmisbare en ondersteunende functie in het nieuwe team. De jongens brengen veel vrije en spaarzame tijd door in de werkplaats. Kevins vriendin heeft er begrip voor. ‘Hij is veel weg, maar dat begrijp ik volkomen. Kevin heeft in zijn functie als ‘Team manager’ veel verantwoording en neemt dat ook volledig. Ik heb daar respect voor. Het is een droom en daar steun ik hem voor 100% in’. Hij zou hetzelfde doen bij mij’. Kevin en Wesley zijn twee handen op 1 buik. Wesley is niet alleen mijn broer, maar veel meer nog mijn maatje. Eén blik is vaak genoeg. ‘Dat zou ik ook onder geen beding kwijt willen. Ik was altijd zijn monteur en zal dat blijven. Dat staat voorop. Kevin krijgt veel medewerking van zijn werkgever, die tevens als sponsor meeleeft met het jonge team. Jarno Nijmeijer, eigenaar van het schade herstelbedrijf begrijpt Kevin en laat hem zoveel mogelijk zijn ding doen. Zouden er hierdoor werkzaamheden in het gedrang komen, haalt Kevin dat netjes in. ‘Da’s natuurlijk wel mijn basis hè’.


Voor de toekomst ziet het er vooralsnog goed uit. ‘Natuurlijk moeten we zien dat we het budget rond gaan krijgen want de kosten gaan uiteraard in verhouding mee. Naast ‘mijn baas’ Jansen, worden we belachelijk goed geholpen door Jelle van Outlaw Racing. Jelle heeft het totale overzicht. Hij organiseert en regelt. Ook zorgt hij ervoor dat de onderdelen voorraad op peil blijft en is altijd op zoek naar sponsoren die ons willen steunen in het avontuur. Dankzij JM Tuning zijn de blokken up to date en competitie waardig. ‘Goud waard, zulke mensen’. Toch valt of staat het hele project met hulp in welke vorm dan ook. ‘We steken er zelf veel geld en energie in, maar dat is het ons meer dan waard.’

Mill staat voor de deur en het team is er klaar voor. Gespannen misschien wel een beetje, maar dat hoort erbij. Een jongensboek met een harde glanzende kaft in oranje en zwart.

Het is waar. De ouderdom laat steeds meer sporen na. Uiterlijk tot daar aan toe, maar met het lichamelijke deel heb ik meer last. Ik kan alles nog wel, maar het kost me tegenwoordig zeker dubbel zo veel moeite een voorheen simpele klus te klaren. Het is niet erg. Het is niet anders. Ik ben geen klager. Het heeft geen zin en daarbij is het voor een ander ook erg vervelend. Toch loop ik al en maand met een pijnlijk knie. Het is vervelend als ik werken moet, maar ook liggend in bed zeurt de pijn door, dus besluit ik toch maar te bellen. Een altijd vrolijke Willem Verbruggen neemt op. Ondanks zijn steeds drukker wordende programma, weet hij me toch ergens tussen te wringen, zodat ik op korte termijn geholpen kan worden. Praktijk54. Ik was er al een keer eerder, maar toen voor mijn crossende zoon. Na drie maanden lies pijn zijn we toen ook ten einde raad naar het voor ons verre Hegelsom gereden, met verbluffend resultaat!

‘hun soort’
Als ik in de wachtruimte zit merk ik dat ik gespannen ben. Nu is het een keer voor mezelf en dat is toch weer anders. Al snel mag ik naar binnen waar ik kennismaak met een van Willems rechterhanden, Roy Hoeijmakers. Roy, zelf verwoed crosser, staat Willem bij in de vorm van fysiotherapeut. Roy komt al wat jaren bij Willem over de vloer. Veelal in zijn eigen belang, want een crosser heeft zo wel eens wat. Na verloop van tijd bleek dat Roy, die medisch meer dan goed onderlegd is, tekenen vertoonde van diezelfde genezende kracht. Juist omdat de spoeling van ‘hun soort’ redelijk dun blijkt, probeert Roy zoveel mogelijk van de kennis en ervaring van Willem, die dit inmiddels al 42 jaar doet, te gebruiken. Er zijn veel sportblessures, dus er is veel werk. Voor Willem alleen is het eigenlijk te veel. Niet alleen qua uren, maar ook wat betreft de inspanning. ‘Na een dag werken ben ik echt moe en in sommige gevallen draag ik zelfs nog en tijdje de ‘overgenomen klachten’ met me mee, wat ook erg vermoeiend is’.

Vanaf de zijlijn
Willem werkt op afstand en dat is erg apart. Dat wil zeggen dat hij je zelf niet aanraakt. Nooit. Medisch gezien is het ook bijna onacceptabel, maar ik laat het gebeuren. Roy zoekt de zere plekken en Willem behandelt me vanaf de zijlijn, vanuit zijn stoel die tegen de muur staat. Het is alsof hij denkbeeldig de spieren, pezen en banden beetpakt en masseert. Het blijft een vreemde gewaarwording. Na een beenonderzoek van drie kwartier vraagt hij me te gaan staan. Ik sta op en voel niks meer van de eerdere pijn. Een uur geleden was mijn, normaal beste, knie nog de slechtste en dat baarde me zorgen. Nu is alles weer zoals het was. Zoals het hoort.

Het is niet eng. Het doet geen pijn en is tevens niet te bevatten, maar dat hoeft ook niet. Gelukkig was ik al, maar ben nu vooral blij. Geen pijn is erg fijn…


Het waren de motoren die ik kreeg. De talloze brillen die ik kwijtraakte en de laarzen en broeken die ik kapotreed. De benzine die ze voor me tankten. Het waren de kilometers die ze voor me reden, naar de vele verschillende banen en ook naar de verschillende ziekenhuizen. Het waren de weekenden die ze opofferden. Alles vanuit de ongedwongen passie, vooral omdat ze het zelf zo mooi vonden. Altijd zonder druk. Je best doen was goed genoeg. Mijn ouders gaven me mijn jeugd. Het mooiste in mijn leven, met motorcross als een gouden erfenis. Mooie herinneringen geven vorm aan wie ik nu ben. Ook al laat mijn lichaam het steeds vaker afweten, de mentale kracht om door te gaan blijft. Overblijfselen van een prachtige tijd. Ik geef het door in woord en daad.

Mijn ouders. Eeuwige roem en nog meer dank…


Shana van der Vlist
Ze is er al een tijdje klaar voor. Na haar blessure van eind vorig seizoen was het toch weer een hele weg terug. Dan begin je na de winter weer met een dubbele achterstand. Daar komt ook nog bij dat ze nog steeds studeert, wat vaak ten koste gaat van motortraining. ‘Die school moet eerst klaar, dan zien we wel verder’. Wijze praat van de talentvolle, maar vooral karaktervolle crossdame. De voorbereidingen voor haar eerste harde baan van het seizoen zijn miniem geweest. Een weekje Spanje en onlangs nog twee keer Lelystad. Dit weekend is het zo ver. In het Italiaanse Arco di Trento moet het allemaal gaan gebeuren. Shana weet goed wat ze waard is. Hoe haar collega concurrenten de winter hebben doorgebracht weet ze niet. ‘Ik zie wel eens een foto voorbijkomen of een kort filmpje, maar daar kun je verder weinig mee’. Shana heeft niet stilgestaan, maar denkt ook niet hard gegroeid te zijn qua rijden. ‘Die blessure heeft er behoorlijk ingehakt. Je raakt zo snel alles kwijt en dan is het weer een lange weg terug naar het oude niveau’. Op het moment dat ze eigenlijk weer kon en mocht rijden waren de weersomstandigheden erg belabberd. Een weekje Spanje is zeker leuk, maar je bouwt er nagenoeg niets mee op. Nog maar weinig gedaan dus eigenlijk, maar daar geeft ze niets om. ‘Ik ga het weer lekker opbouwen. Ik ben al erg bevoorrecht dat ik mijn sport op deze manier kan en mag uitoefenen en daar ben ik iedereen erg dankbaar voor’. Een prognose voor het weekend vind ze moeilijk. ‘Het enige dat ik je kan verzekeren is dat ik heel erg mijn best ga doen. Dan zie ik vanzelf wel waar ik uitkom’.

Nicky van Wordragen
Ook Nicky heeft afgelopen winter het nodige ondernomen om topfit aan het WK te kunnen beginnen. 2 weken Italië en een week Spanje hebben haar meer dan goed gedaan. Met haar nieuwe fysieke trainer is er veel aandacht besteed aan krachtopbouw en intervaltrainingen. Na haar zware blessure in Assen en de 3 maanden zonder motor was het wel even aanpoten, maar op dit moment zit ze toch weer wel op schema. Tijdens haar voorbereidingen heeft Nicky een tweetal wedstrijden meegedaan om dat ritme ook bij te spijkeren. De wedstrijd in Duitsland wist ze zelfs te winnen, wat haar veel zelfvertrouwen heeft gegeven. ‘Ik heb geen idee of en hoeveel mijn directe concurrentie aan progressie heeft geboekt, dus de eerste GP zal daarom extra spannend worden. Kijken waar je staat’. Er is besloten alle GP’s mee te rijden en daarnaast ook nog de EK’s die in Denemarken, Duitsland, Polen en Nederland afgewerkt zullen worden. ‘Een mooie aanvulling op het WK schema en de afstanden zijn nog redelijk te overzien’. Moeder Nicky moet haar ‘kleine dondersteen’ achterlaten, maar die is in goede handen bij haar in alles meelevende schoonouders. Niet dat haar kleine 3 jarige man het erg zou vinden om mee te gaan, want hij is helemaal bezeten van Auto’s, gravers en vooral zand. Veel zand. Nicky’s man Ralph heeft zijn eigen carrière even opzij gezet voor vrouw en kind. Toen Nicky herstellende was van haar schouder blessure heeft hij nog wel een paar keer zijn motor uit de garage gehaald, maar met de zorg voor de kleine en alles om het ‘Team 964’heen houdt hij dat even voor gezien. Nicky’s ouders staan volledig achter haar. Ook al is haar moeder nog steeds erg bezorgd, ze zal haar droom nooit in de weg staan. Het wordt dus behalve een spannend, zeker ook een erg gezellig familieweekend.

Lynn Valk
Voor Lynn kwam het hele GP verhaal toch wel een beetje als verrassing. Sinds de inlijving door JK Yamaha Italië zijn de plannen anders en de mogelijkheden ruimer geworden. Door deze samenwerking is het voor de, nog maar, 15 jarige Lynn ineens mogelijk het hele GP programma af te werken. Een behoorlijke stap, maar ze heeft er erg veel zin in. In haar voorbereiding is ze een paar dagen naar Italië geweest en daarna nog een weekje in Mantova. ‘Als ik mag kiezen zal het zand zijn, maar toch rijd ik graag op het harde’. Wat de concurrentie betreft gaat ze er redelijk blanco aan beginnen. ‘Ik heb wel eens met Shana getraind, maar dat was het dan ook wel’. De enthousiaste Lynn zit op het moment tegen haar examens aan te hikken, dus de vrije tijd wordt zorgvuldig verdeeld en besteed. Verrassend studeert ze voor automonteur. Die keuze maakte ze niet alleen omdat het haar vader wellicht goed uit zou komen. ‘Het zit er gewoon in bij ons. De werking van een motor interesseerde me ook altijd, dus zou er toch wel voor gekozen hebben. De carrière van broertje Cas lijdt er niet onder. Omdat haar vader geen volle weekenden weg kan van zijn zaak, reist ze de wereld rond met haar moeder Brenda. Apart, maar zeker niet minder mooi. Het zijn vier handen op 1 buik dus dat komt zeker goed. Vader Gerrit concentreert zich voornamelijk op het reilen en zeilen van zijn drukke bedrijf en zijn zoon Cas. ‘Het is een keuze en een manier van leven, maar we genieten er allemaal met volle teugen van’. Als ik Lynn spreek rijden ze dicht in de buurt van het circuit. Natuurlijk is er een spanning voelbaar, maar nerveus is ze niet. ‘Ik heb er zoveel zin in. Ik ga er gewoon verschrikkelijk van genieten!’

(Foto’s met dank aan Hans Gerritsen en Gette Holemans)


Er wordt ons veel ontnomen als het om motorcross gaat. Alles wordt aan zeer strakke banden gelegd en verschillende instanties doen meer dan hun best zoveel mogelijk banen te laten sluiten. Wij doen alles wat we kunnen om zo ‘schoon’ mogelijk te kunnen crossen. We letten op het geluid, leggen netjes een milieu mat en ruimen bijna allemaal onze rommel op als we weer een heerlijke dag hebben genoten van de sport van ons leven. We moeten dus eigenlijk heel zuinig zijn op wat we nog hebben. Iets nieuws komt er niet snel meer bij, maar hetgeen dat we nog hebben zien te behouden is in ons aller belang.

Raar is dan wel dat als er iets dreigt te komen vervallen er bijna niemand reageert. Natuurlijk, we hebben het allemaal druk. Toch zien we kans tijd te maken om aan onze motor te sleutelen. We geven geld uit aan bussen en aanhangers. We fitnessen en een deel van de sporters koopt er zelf gepaste voeding voor. Duidelijk is dat we het allemaal verschrikkelijk graag doen en dit ook zo willen houden. Dan lees ik bij toeval vandaag een stuk over het jaarlijkse Crossweekend in Made. Een traditionele happening die zijn weerga niet kent. Een vol weekend plezier op alle fronten. Muziek, feest en een dikke portie motorcrossplezier. Rijders komen van heinde en ver om deze traditie in ere te houden. Nu blijkt dat het hele evenement op de helling staat. Niet vanwege de boeren. Die werken vrolijk mee. Niet van de gemeente, die promoten het zelfs. Het probleem ligt in het aantal beschikbare en welwillende vrijwilligers. Een telefoontje naar de organisatie leerde me dat het probleem dan ook nog steeds niet is opgelost. Er hebben wat mensen gebeld, maar het loopt vooralsnog niet storm.
In het eerste weekend van november (2-3 en 4) zou het spektakel moeten gaan plaatsvinden, als het allemaal door gaat. Bij deze meld ik mezelf aan! Het kan toch niet zo zijn dat we wel allemaal willen rijden, maar dat er niemand is die een handje wil helpen.

Motorcross Made ligt letterlijk en figuurlijk in ons eigen handen.

Aanmelden, heel graag en dan het liefst via de mail; info@garagebastiaansen.nl  Bellen mag natuurlijk ook: 076-5932321

https://www.facebook.com/motorcrossmade

Twee keer per jaar mag het in Oldebroek. Twee volle dagen motorcross. Stichting Circuit Oldebroek bestaat inmiddels 51 jaar en heeft in het verleden verschillende ONK’s mogen organiseren. Het is allemaal begonnen met wegrace. Het circuit was internationaal bekend en vele grote namen lieten hun rubber achter op het asfalt. In het race circuit lag het cross gedeelte. Na 10 jaar moest het ‘harde gedeelte’ wijken en werd het asfalt verruild voor het zand.

De laatste hand

Het cross circuit is ook vroeger nooit meer dan 2 weekenden per jaar open geweest. Sterker nog, alleen de bulten en kombochten bleven na zo’n weekend als stille getuigen achter. ‘Alles moet weg, tot het laatste hekje’, aldus Robert Leferink die er vrede mee heeft. ‘We weten ook niet beter he, het is altijd zo geweest’. Robert zelf crosste nooit, maar heeft de ‘vibe’, wel opgepakt. Als lid van het bestuur en verantwoordelijke voor de Pers en PR, draagt hij er met ziel en zaligheid zorg voor dat alles soepeltjes verloopt. ‘Veel organiseren is meestal niet nodig want de vrijwilligers hier kennen inmiddels het klappen van de zweep wel’. Ook deze keer mag de stichting 10 weken van te voren beginnen met het aanleggen van de baan. Gesteund door onder andere de firma van Werven die sinds jaar en dag als één van de hoofdsponsors het grondwerk voor zijn rekening neemt. Het bedrijf is absoluut niet vreemd met motorcross. Veel werknemers zijn betrokken bij de sport of zijn hier actief in of zijn hier actief in geweest. Vooral het zijspangeweld wordt in de omgeving een heel warm hart toegedragen. Veel van de vrijwilligers zijn dan ook pure zijspanliefhebbers en trekken er nogal eens samen op uit om een GP te bezoeken. Ook gaat de groep gezamenlijk naar verschillende solo wedstrijden zoals een deel van de ONK’s en de andere DMoMX wedstrijden.
Inmiddels ligt de baan er geweldig lekker in. Als vanouds. De laatste hand wordt gelegd aan de positie van de verschillende sponsor spandoeken en de piketten gaan er op het laatst in. ‘We zijn er helemaal klaar voor en ook de weergoden zijn ons hopelijk gunstig gezind. Na verschillende ONK’s te hebben georganiseerd is het nu hun eerste ‘Dutch Masters’. ‘Met zo’n wedstrijd krijg je wat meer hulp van de DMoMX organisatie, maar dat stoort ons geenszins. Ook van hun kant zijn er belangen die in ere gehouden dienen te worden. De samenwerking verloopt vlekkeloos.

2019

Nu heerst er nog even rust op circuit “de Bargen”. De puntjes worden op de i gezet, of zoals de vrijwilligers gekscherend zeggen “de puntjes op de O, de O van Oldebroek!” Zaterdag en maandag zal dit wel anders zijn. De vrijwilligers staan al weken te trappelen van ongeduld, maar zien ook het einde van hetgeen waar zij weken naar toeleven naderen. Maandagmiddag direct na de laatste manche wordt begonnen met het afbreken en opruimen, wat nog zo’n twee weken in beslag neemt. Daarna is het weer afkicken geblazen voor de vrijwilligers, maar er wordt alweer reikhalzend uitgekeken naar het paasweekend van 2019. Dan strijkt het wereldkampioenschap zijspancross neer in Oldebroek! De eerste ideeën voor dit evenement zijn alweer bedacht en zullen spoedig worden uitgewerkt. In Oldebroek wordt dan misschien slechts twee maal per jaar gecrosst, maar dat betekent niet dat er buiten deze periode niets wordt gedaan. Stilzitten doen de vrijwilligers van Stichting Circuit Oldebroek maar zelden en dat is te zien. Wie de uitstraling en professionele aankleding van het circuit ziet zou bijna denken dat er een GP georganiseerd gaat worden. De KNMV Jeugd Solo Motocross rijders zullen hun ogen uitkijken. Aan alles is gedacht, zoals het hoort.

Bij de Stichting Circuit Oldebroek zijn ze er klaar voor! Oldebroek mag weer!

In de nadagen van hun carrière stroopten ze als ‘verziekte veteranen’ de Nederlandse crossbanen af. Mari en Rini de Mol, vergezeld door Mari’s vrouw Ellie, dochter Mariëlle en Rini’s zoon Mark. In een treintje van cross naar cross, samen met de families Reijnders en Coldenhoff.

[logo-carousel id=banners-2]

Verliefd was ze er op

Zoals het vaak gaat sleepten zij ook de hele familie mee. Een manier van leven die voor velen ongewoon lijkt. Als drager van het niet uit te bannen virus weet je gewoon niet beter. Mariëlle moest mee, maar had het als 4 jarige peuter reuze naar haar zin. Eenmaal op de wedstrijd was er altijd wel iemand met een mini bike waar ze op konden ravotten. Dat gaat altijd goed tot het vervelend wordt voor de degene die het motortje bezit. Er werden schansjes gebouwd en vervolgens kapot gesprongen. Dat was het moment dat vader besloot een prachtige Italjet aan te schaffen. Verliefd was ze er op. Vader besefte heel goed dat dit een begin was van iets wat nauwelijks nog te stoppen is. Na een jaartje haar Italjet mishandeld te hebben kwam er een hagelnieuwe Kawasaki. In de wedstrijden deed ze lekker mee en hoe meer Mariëlle het serieus begon te nemen, des te meer dacht vader Mari aan stoppen. Goed is ook een keer goed. Mari ging zijn kleine heldin begeleiden en dat groeide langzaam maar zeker naar een mooie carrière.

Nederlands kampioen

Mariëlle schopte het zo ver dat ze in 2011 een vol seizoen als prof heeft geleefd en gereden. ‘Ik wilde gewoon graag weten waar ik uit zou komen als ik er helemaal voor zou gaan. Een heel jaar alleen maar cross’. Dit avontuur resulteerde in een prachtige 6e plaats in het wereldkampioenschap. Aangezien Mariëlle nog volop studeerde en zelf nagenoeg geen inkomen had, hing ze voor een groot deel af van de gunsten der sponsoren. ‘Als je de motoren en accessoires hebt kunnen regelen, is het voor de rest wel haalbaar’. Natuurlijk kost zo’n seizoen dan nog steeds een bak met geld, maar het is een kwestie van prioriteiten stellen. Mariëlle reed nog een paar seizoenen door en werd in 2013 nogmaals Nederlands kampioen bij de MON dames. Haar laatste jaar.
Ze rondde met glans haar studie HBO sport management af en ging aan de slag als zwem, fitness en cross instructrice. Stiekem droomde ze van een eigen sportcentrum, maar nadat ze eenmaal een tijd in die hoedanigheid had gewerkt stelde ze haar plannen bij. Ze werkte een volle week voor een baas en gaf daarnaast MX training, voedingsadvies en fitness instructies. Dat werd nogal veel waardoor ze het niet veel later over een heel andere boeg gooide. Nu is ze, totaal niet cross gerelateerd, werkzaam als accountant bij een bedrijf in Bladel. Als ZZP’r deed ik mijn eigen boekhouding en merkte dat ik ‘dat saaie werk’ eigenlijk heel leuk vond. Ik heb hier dus helemaal geen opleiding voor gevolgd, maar dat was totaal geen probleem. Ze hadden meer oog voor de manier van werken en de omgang met cliënten’. ‘De rest leren we je wel’, hadden ze gezegd.

[logo-carousel id=banners-2]

handboek

Naast dit dienstverband is ze gaan werken voor de KNMV. Na het behalen van een opleidings certificaat staat ze de grootste motorsportbond van Nederland nu bij in het opleiden van motorcross instructeurs. Het inmiddels bekende MT-2 en 3 certificaat. In haar spaarzame vrije tijd werkt ze ook nog aan een boek. ‘Aangezien ik heel goed weet wat goede en gepaste voeding doet met een lichaam dat moet presteren, is die stap niet zo groot en moeilijk. Het is allemaal heel logisch, maar de meesten hebben geen flauw idee en dat is ook niet vreemd’. Het wordt een bundeling van advies in voeding en beweging. Informatie veelal vergaard uit eigen ervaringen. Dit in combinatie met haar geschoolde kennis maakt het tot een waardevol handboek voor de beginnende rijders en degenen die in de groei zitten. ‘De profs hebben mij niet nodig’, lacht ze. ‘Je kunt zoveel goeds doen in preventieve zin, waardoor je lang en gezond van deze mooie sport kunt genieten’.
Mariëlle heeft een website welke cumulatief wordt aangevuld. Maandelijks verschijnen er nieuwe artikelen over alles wat met de cross te maken heeft. Eigenlijk is het een must voor iedereen die crosst of ermee wil beginnen. ‘Het is een adrenaline verhogende sport, waarbij het erg belangrijk is de juiste stoffen weer aan te vullen tot een verantwoorde basis. Alleen al het beseffen van de stoffen die je verbruikt en hoe je die het beste weer tijdig aanvult, zal de prestaties al verhogen. Je kunt je lichaam vergelijken met de werking van je motor. Als je jezelf net zo verzorgt als je motor, kom je tot het hoogst haalbare resultaat’. Simpele woorden, maar o zo waar.

Het verwonderde me eigenlijk dat je na zo’n mooie carrière zomaar ineens je handschoenen in een hoek kunt gooien. In dat stukje klinkt ze ook nog een beetje onzeker. ‘Ik heb mijn motor nog wel staan en moet eerlijk zeggen dat ik zo nu en dan wel de kriebels krijg. Dan ga ik er even opzitten en droom even weg naar een paar jaar geleden. Ik zeg nooit ‘nooit’, maar er zomaar opstappen zou ik nooit doen. Juist dan zou mijn advies om verantwoord met je sport om te gaan waardeloos worden…’

Het is koud met een hele dikke K. Ondanks de gelezen verwachtingen ben ik toch naar Valkenswaard afgereisd zonder paraplu en muts. De ijzige wind striemt in onze gezichten, maar de passie voor de sport verwarmt ons van binnen.

Blijven staan en vlaggen
Bij het eerste merchandise tentje dat we tegenkomen koop ik twee mutsen. More kan het goed hebben, maar ik weet dat mijn hoofd veel te groot is voor een cap of een muts. Als ik hem opgezet heb zie ik mezelf in een autoruit. Nee, het ziet er niet uit, maar het heerlijke warme gevoel haalt me over. Mijn gewatteerde werkhandschoenen maken de creatie af. Thuis nog kreeg ik via foto en film al een beeld van de baangesteldheid. Zeiknat en er zou nog veel meer in aantocht zijn. Het maakt ons uiteindelijk weinig uit. Dat is cross. Zo zijn wij. Met veel respect kijk ik naar de vlaggende vrijwilligers die behelmd hun posten bemannen en vrouwen. Trouw wijken ze niet van hun plaats. Geen aflossing, geen koffie. Blijven staan en vlaggen. Rijders worden survivalisten. Waar hobby werken wordt. Hard werken. Ook Joel Roelants en Ian de Sweemer geven geen krimp. Rijden rolstoelend heen en weer en genieten. Eens een crosser, altijd een crosser. Vader de Sweemer tikt me aan en wijst naar Davy Pootjes. Hij is fan en trekt een vergelijk met zijn onfortuinlijke zoon. Zijn ogen glinsteren. Ik kijk nog even achter me, waar Ian zit. Dezelfde ogen kijken me aan. Joel zegt vluchtig maar uiterst vriendelijk gedag, maar legt zijn focus op Thomas. Zijn pupil. Zijn nieuwe toekomst.

[logo-carousel id=banners-2]

Meer dan voorbeeldig
In de mediaruimte is het warm. Warm, druk en er hangt een gezellige sfeer. Ik warm wat op terwijl More zijn eerste foto’s aan het uploaden is. Een leuke groep mensen met dezelfde drive. Ik observeer en sla de beelden op middels een automatische back-up. Waar een groot hoofd dan weer goed voor kan zijn. More’s programma hapert maar hulp is nabij. Fototoppers als Gino Maes en Frank van Hoydonck nemen om de beurt even plaats naast mijn ontgoochelde zoon en helpen hem weer aan de gang. Zo kan het dus ook. Het is me al eerder opgevallen dat fotografen onder elkaar veel vriendschap kennen. Ze helpen elkaar waar nodig en dat is meer dan voorbeeldig. Naast me zit cross encyclopedie Jonas Hagren. De mega aardige, Zweedse Jonas loopt al wat jaren mee en werkt voor het enige magazine dat zijn rijk is; ‘Race Magazine’. In gebrekkig Engels praten we wat over de mannen van ‘onze tijd’. Jammer dat Zweden zo ver weg is.

‘Je mag hier niet binnen’
Vrije trainingen en kwalificaties. Pootjes heeft er duidelijk zin in. Het jonge iele mannetje van een paar jaar geleden is een man geworden. Je ziet het in zijn ogen en aan zijn fysiek. Hij lijkt fit en ik hoop echt voor hem dat het dit jaar eens allemaal mee gaat zitten voor de oversympathieke Davy, of moet ik nu Dave zeggen? Als hij het startveld opdraait trekt hij een wheelie tot aan de eerste bocht. Zelfvertrouwen straalt. Als Covington na zijn kwalificatie winst het media center binnenloopt spreek ik hem aan. Ik leg hem vast voor een duo ontmoeting met Joel Roelants. ‘Mail me maar even, dan stuur ik je het trainingsprogramma wel door’. Net als hij zijn mail adres in mijn rode boekje schrijft wordt hij aan zijn arm getrokken. Een wat oudere man vraagt hem in het Nederlands om zijn bandje. ‘Of heb je ene pasje?’. Thomas kijkt me niet begrijpend aan. Ik leg hem uit wat de man wil zien en hij toont zijn pasje. ‘Da’s geen goeie, je mag hier niet binnen’, zegt hij streng. De man geniet zichtbaar van zijn tijdelijke status. Dan leg ik hem uit wie hij is en wat hij hier doet. ‘Waar komt ie vandaan dan, want hij verstaat me niet’. Als ik uitleg dat hij uit Amerika komt reageert hij lachend. ‘Dan issie wel een eind van huis’. Tegennatuurlijk gaat Jeffrey om onverklaarbare reden onderuit. Zomaar. Later blijkt zijn rem te blokkeren, maar weet er toch nog een 19e plaats uit te persen. Als iemand dat kan.

‘Zundorfjes’
De EMX 300 warmt ons bloed op. Een vette strijd tot de laatste ronde tussen Kras en Smets houdt de gemoederen goed bezig. De strijd wordt uiteindelijk beslist in het voordeel van de ‘Belg op dreef’, die zichzelf verrast. ‘Ik voelde wel dat het goed zat. In de training al, maar dat ik de eerste manche winnen zou…’ De snelheden zijn nagenoeg gelijk, maar volgen en er voorbij gaan zijn twee verschillende dingen natuurlijk. Een verassend optreden is er ook van een sterk rijdende Joshua van der Linden. Joshua weet zich gesteund door GertJan Vorstenbosch, die ook Henk Pater in zijn tent heeft staan. De mannen zitten duidelijk in de lift. Opvolging in aantocht. Eindelijk loop ik Gerard en Carlies Zundorf tegen het lijf. Gerard herkent me dan wel als eerste. Weer dat grote hoofd. De ‘Zundorfjes’ genieten nog ieder moment van de sport die hen ook donkere tijden bedeelde. Dat droevige deel komt toch nog heel even ter sprake. ‘Mensen vragen wel eens, kun je nu nog genieten van die cross, maar de passie blijft hè. Als je er eenmaal in zit kun je nooit meer zonder’. Ze kunnen weer genieten en doen dat heel duidelijk. Mooie mensen in een oneerlijke wereld.

[logo-carousel id=banners-2]

Kees
De unieke enthousiaste stem van Kees van den Boomen schalt vertrouwd door de speakers. Als iemand dit spektakel op weet te luisteren is het Kees wel. Hij feliciteert mijn zoon met zijn 16e verjaardag en geeft het volk ook nog eens mee dat hij mooie foto’s maakt. Hij groeit een halve meter en geniet. Kees is cross, maar ondersteunt het ook. Altijd zal hij zich inzetten voor groeperingen die strijden voor behoud en veiligheid van de sport. Ik laat mezelf naar een hamburger kar glijden. Honger of niet, het moet. Ik ben niet in staat het ding zonder vuilakkerij op te eten. Ik weet het maar ik geef er niks om. Vandaag mag alles. Dikgevoerde werkhandschoenen, een malle muts en curry over mijn gezicht en handen.

Mekka van de motorsport
Voor de GP van Valkenswaard dien ik me altijd aan te melden bij Jan Boer. Eigenlijk ken ik Jan amper. Navraag leert me dat Jan zelf nooit heeft gecrosst. Jan regelt Valkenswaard, maar woont gewoon 175 km. verder in Kampen. Jan is eigenlijk meegegroeid met het spektakel. Ooit begon hij bij het blad ‘Motor’, waar hij meestal de grasbaan sport belichtte, om wat later in 1979 bij MOTO73 terecht te komen. Jan schreef de persberichten voor wedstrijden als Valkenswaard en maakte ook de bijbehorende foto’s. ‘Ik crosste zelf nooit, maar was wel altijd omringd door motoren. Jan woonde als kind in Norg, wat destijds het mekka was van de motorsport. De jaarlijkse grote wedstrijden zetten het kleine plaatsje indertijd vet op de motorkaart. Nu en hier is Jan het aanspreekpunt. Niet alleen voor de media, maar ook voor alle andere randzaken eromheen. Jan kent het klappen van de zweep die hij zelf maakte. Zijn vrouw staat hem bij met administratieve werkzaamheden en het kopiëren van de programma’s en uitslagen. Het is veel werk maar ze doet het met liefde. Ik bedank hem nogmaals voor de toegang en laat hem. Met amper tijd de wedstrijden live te volgen duikt hij weer achter zijn laptop. ‘Work needs to be done’.

‘De beer uit Sint Joost’
Hofer is bovenmaats. Raivo schittert terwijl Raf er het beste van maakt. De dikke modder werkt zeker niet in het voordeel van ‘De beer uit Sint Joost’. Vader Harrie duwt de bemodderde ‘Eighty One KTM’ terug naar de bus. ‘Meer zat er gewoon niet in vandaag’. De mannen worstelen zich door het barre weer. Met vallen en opstaan in zijn puurste vorm. Mack Bouwense kan de snelheid wel vinden maar gaat er door verschillende omstandigheden te vaak af waardoor de opgelopen achterstand onmogelijk in te lopen blijkt. Sneeuw gaat gepaard met een smerige wind, wat het rijden bijna ondoenlijk maakt. De jonge Miot zit vast en krijgt zijn machine niet uit de blubber. Na 5 minuten worstelen mag dan eindelijk zijn monteur een handje helpen. Samen met twee mannen van de organisatie verlossen ze het afgepeigerde rijdertje uit zijn ellende. Smets en Kras laten ons smullen van een geweldig staaltje motorcross. De strijd is constant en hevig. De snelheden liggen nagenoeg gelijk, maar toch moet Mike zijn meerdere erkennen in de zich zelf verassende Smets. Dat belooft nog een mooi EMX300 seizoen te worden. Een herboren Joshua van der Linden rijdt de wedstrijd van zijn leven. Gesteund door Gertjan Vorstenbosch kreeg hij een nieuwe kans te laten zien wat hij waard is. In het koppie zit het goed wat hij in de uitslag uitbetaalt ziet worden. ‘Hij is het waard’, zo vindt een gelukkige GertJan.

In de hotellift treffen we twee collega crossfans. Ik vraag hen naar de prognose voor de zondag. In gebrekkig Engels hoor ik een van de mannen glimlachend ‘Leok’ mompelen. De andere weet beter. ‘Hurlings for sure’. ‘He’s from another world’. Het respect voor ‘onze man’, druipt op de liftvloer.
In de MX2 is het Jonass die op ervaring wint, maar een jong Spaans mannetje legt hem het vuur aan zijn koude crosslaarzen. Prado is op dreef. Snelstartend altijd, maar in tegenstelling tot een seizoen eerder volgt hij de kop nu tot het eind. Een lust om naar te kijken. Hij lijkt te spelen en verheft de sport tot een kunst. De vrolijkheid straalt er van af zonder zijn gezicht te kunnen zien. Zonder enige moeite laat hij zijn motor doen wat hij wil. Zo jong nog en al zo volwassen. Zijn tijd nadert snel.

[logo-carousel id=banners-2]

Angstig omkijkend naar zijn volger
Dat Herlings van een andere wereld is moge duidelijk zijn. Iedere keer probeer ik weer nieuwe zinnen te bedenken om aan te geven hoe magistraal hij zijn talent benut. In gedachten vergelijk ik hem wel eens met Mike Tyson. Die kon ook een beetje lummelen tot hij het beu was. Op dat moment lijkt er een knop om te gaan en vermorzelt hij al wat voor zijn voeten komt. Ik zie dat bij Jeffrey. Het gaat een beetje zoals hij indertijd de boel aanveegde in zijn MX2 tijd. Het heeft wat aanpassingstijd gevergd, maar hij lijkt klaar voor de grote slachting. In de eerste ronden leest hij de baan en warmt zijn lichaam op. Dan gaat de knop om en is er voor niemand nog redding. Als een hert dat rent uit alle macht, angstig omkijkend naar zijn volger. Hij weet dat zijn laatste uur geslagen heeft. Het is een kwestie van tijd voordat hij de scherpe tanden in zijn lichaam zal voelen. Hij weet dat het zal gebeuren, alleen niet op welk moment. Het blijft een prachtig veld met talentvolle mannen. Cairoli, Paulin, Coldenhoff en Anstie zijn mannen van een zwaar kaliber. De absolute wereldtop met daarboven 1 heerser. Hij maakt de dienst uit, het is niet anders.

De uitslagen zijn inmiddels bekend en vele malen gedeeld. Vooral kijkend naar de weersomstandigheden zijn het voor mij allemaal helden. Het zijn karaktervolle bijters en ‘Nooitopgevers’. De organisatie stond als een huis, zoals de crossminnende vrijwilligers van ‘Motor Vereniging Valkenswaard’ dat als geen ander kunnen. In winters weer en snijdende wind maakten zij het mogelijk. Trotserend. Dit is wat ze kunnen en waar ze voor staan.

Valkenswaard. Een vaste waarde. Voor ons een must!

Foto’s met dank aan More Heijt – www.mhmxpics.nl

Je hebt fans en fans. Sommigen genieten lekker rustig aan het lint. Anderen gaan los met bier en hamburgers. Ik heb fietsen gezien van het MX1 drinking team en kinderen met pomptoeters en spandoeken. Trouwe volgers met de alom bekende ‘Volkel Jonguh’ vlag, maar ook oude mannetjes met vergeelde petjes en jassen. Merchandise uit de tijd dat het allemaal nog zo mooi was. Toen ze nog niet reden voor het geld en dagen onderweg waren met een simpel aanhangertje. Sinds een paar jaar is er een nieuw fenomeen. De gestripte kettingzaag. In mijn ronde langs het parcours in Markelo stuitte ik op een viertal uitgelaten Boekelse jongemannen. Gewapend met een hoop goeie zin, 3 ‘zagen’ en de man een fles of 2 Juup. Net voor de kopmannen in het zicht komen start er eentje zijn ‘wapen.’ Draait hem rustig warm, waarna de andere twee ook aan de gang worden getrokken. Eigenlijk zijn ze fan van Loeka Thonies, maar gaan bij Raivo Dankers en Raf Meuwissen ook helemaal los. De apparaten gaan alledrie tegelijk helemaal voluit. Zwaaiend en roepend geven ze de strijders een extra duw in de rug. Twee jonge meisjes staan er pal naast en kijken me met grote ogen aan. Ik weet niet of ze bij de jongens horen, maar ze lopen er niet voor weg. Naaste me staat een man met zijn vingers in zijn oren. Ook hij blijft. De mannen worden overal opgemerkt. Vanaf de overkant van de baan worden ze op de foto gezet en gaan daarom speciaal voor deze gelegenheid nog even zwaar tekeer. Ja, het maakt een hoop herrie en nee, ik kan er ook niet een hele manche naast staan, maar het is wel verschrikkelijk vet. Gisteren zag ik een oproep via Facebook. ‘Oude werkende kettingzaag gezocht. Motor moet lopen. Slechte ketting geen bezwaar…’
Bedankt mannen…